De week van Karolien: keuzestage bij Verenso

De stage bij ouderenpsychiatrie is afgelopen. Mijn derde jaar als specialist ouderengeneeskunde in opleiding is aangebroken. Ik start met mijn keuzestage en heb besloten deze bij Verenso, onze beroepsvereniging, te gaan doen. Even geen patiëntenzorg helaas, maar wel erg leuk en leerzaam om eens verder te kijken dan de patiënten en mijn stethoscoop. Ik heb een dagboek over mijn eerste week bijgehouden. Een ding kan ik verklappen: het slot is verrassend…

 

Maandag: de eerste dag bij Verenso

Deze maandag is mijn eerste dag bij Verenso. De opdracht is duidelijk. De Registratie Commissie Geneeskundig Specialisten vereist dat specialisten ouderengeneeskunde, naast de bestaande kwaliteitsvisitaties, vanaf 2020 ook moeten voldoen aan de eis tot Evaluatie van het Individueel Functioneren (EIF). Er is al heel wat voorwerk gedaan maar de precieze invulling, het logistieke proces en de communicatie naar de leden moet nog worden uitgewerkt. Die uitwerking is mijn superleuke en – wat mij betreft – zeer relevante taak.

Het is wel even wennen om ‘slechts’ met één onderwerp bezig te zijn. In het verpleeghuis komen er elk uur vele vragen en problemen op je af die je op korte termijn moet afhandelen. Ik deel nu ook mijn eigen agenda in, kan naar de wc wanneer ik dat wil en sla geen lunch over. Kopje thee erbij. Het heeft wel wat! Als ik naar huis rijd realiseer ik mij hoe fijn het is dat kersverse collega’s bereid zijn om mij over hun functies te vertellen. Ook mijn uitgebreide kennismakingsgesprek met de interimdirecteur van Verenso, Christel Koerhuis, was heel positief en voelde oprecht geïnteresseerd. Eenmaal thuisgekomen is het koken, bijkletsen met mijn twee kindjes, een favoriet spelletje spelen (Familie Poen!) en ze lekker naar bed brengen. Ik klap de laptop open en werk nog 2 uurtjes aan een artikel voor Huisarts en Wetenschap naar aanleiding van mijn proefschrift. Morgen weer een dag!

 

Dinsdag: met de neus in de boter

Deze dinsdag val ik met mijn neus in de boter. Vandaag kan ik meteen meekijken bij een visitatie van een vakgroep specialisten ouderengeneeskunde. De groep heeft zich grondig voorbereid door samenwerkingspartners  om feedback te vragen en door zelfevaluaties in te vullen. In de loop van de dag komen de paramedici, de huisarts, de apotheker, leden van het management, leden van de cliëntenraad, de AIOS en de verpleegkundig specialisten langs. Iedereen mag wat zeggen over de sterke en minder sterke punten van de vakgroep.

Wat een eyeopener! Ik verwonder me volop over zoveel verschillende meningen. Voor mij is het een zeer leerzame dag in het kader van mijn eigen opdracht bij Verenso: het verder uitwerken van de Evaluatie van het Individueel Functioneren (EIF). Specialisten ouderengeneeskunde moeten vanaf 2020 voldoen aan deze extra eis. Belangrijk om te benadrukken dat deze evaluatie door Verenso wordt begeleid. Ons gezamenlijke doel moet zijn om de kwaliteit van de zorg te handhaven of te verbeteren door kritisch te kijken naar ons eigen functioneren, als vakgroep en als individuele SO. Na een lange dag is het fijn thuiskomen bij man en (slapende) kinderen.

 

Woensdag: de terugkomdag

Deze woensdag is de terugkomdag van de opleiding. Ik sta ingedeeld om het onderwijs te verzorgen met als thema Acute geneeskunde. Wel leuk even, de switch van kantoorbaan bij Verenso naar de behandeling van een anafylactische shock of afwegingen om wel of niet te reanimeren. Samen met twee collega’s presenteren we theorie en een paar casussen. Zo blijven we allemaal een beetje bij. ’s Middags hebben we het over financiering van de zorg. Het eerste gedeelte lijkt helaas een herhaling van wat wij elkaar in onze groep eerder al hebben verteld. Later die middag hoor ik toch veel nieuwe dingen. De inrichting van WMO, ZVW en WLZ is niet zo transparant, al zien we door de bomen het bos steeds beter. Ik vind het stiekem wel een leuk onderwerp, dus ik ben blij dat hier in het derde jaar van de opleiding veel aandacht voor is.

Het voelt goed om me niet alleen medisch-inhoudelijk, maar ook als een soort ondernemer klaar te maken voor het werk als specialist ouderengeneeskunde. Daarvoor is de kennis van vandaag hard nodig. Door de regen op de fiets naar crèche en BSO. Blije gezichten bij het ophalen en hele verhalen op weg naar huis. Als het om 19.30 uur stil is lees ik de Concept Richtlijn LWI door. Als lid van de Werkgroep Richtlijnontwikkeling is ons gevraagd hier commentaar op te geven. Nog niet zo makkelijk, maar wel interessant. Zo’n beetje alles leuk vinden is een rode draad in mijn leven. Dat heeft wel eens voor problemen gezorgd, maar op het moment brengt het me veel!

 

Donderdag: het zoemt!

Donderdag. Zoon afgeleverd in groep 2. Ik rijd weer naar Utrecht waar Verenso kantoor houdt. File. Daar word ik niet echt ontspannen van. Het is niet anders. Naast de opdracht over Individueel Functioneren heb ik voor mijn stage nog een paar leerdoelen geformuleerd. Zo wil ik graag meer kennismaken met het zorglandschap en de verschillende partijen die met ouderengeneeskunde te maken hebben. Mijn collega’s hebben ieder zo hun eigen aandachtsgebied en focus. Al pratend kom ik erachter wie zich met welke onderwerpen bezighoudt en wat er op dat vlak allemaal gaande is.

De gesprekken hebben vrijwel direct effect. Binnen no-time zie ik uitnodigingen voor sessies langskomen over de stand van het programma ‘Waardigheid en Trots’ en een voorstel van het Zorginstituut over pakketadvies en bekostiging. Onderwerpen waar ik wel ‘ns wat over gelezen of gehoord heb, maar waar de focus van de medewerkers van Verenso dus dagelijks ligt. Anderen zijn weer druk met de proefimplementatie van een richtlijn, met notities over het positioneren van de SO in de eerste lijn, een uitnodiging aan minister Hugo de Jonge voor een afspraak over de Wet Zorg en Dwang of het vormgeven van peilstations. Peilstations? Omdat het in de praktijk lastig blijkt om wetenschappelijk onderzoek te doen rond kwetsbare ouderen onderzoekt Verenso hoe je toch tot een goede systematiek kunt komen om informatie te verzamelen. Dit gebeurt  met behulp van peilstations die gestructureerd informatie vergaren ten behoeve van onderzoek, indicatoren, leren en verbeteren en beleidsinformatie. Een dag niets geleerd….

Ik zie dat hier alles op alles gezet om de ouderengeneeskunde vanuit het perspectief van de SO te verbeteren. De leden zouden eens moeten weten hoe het hier zoemt van bedrijvigheid. Wie weet kan ik mijn patiëntenzorg ooit combineren met een baan bij Verenso. Het onderwerp bekostiging is mijn favoriet. Daar wil ik de komende tijd nog veel meer over horen. ’s Avonds de partijen van mijn eigen zorglandschap gevoederd en in bed gelegd. Elke dag ben ik er weer blij mee dat ik mijn baan goed kan combineren met alle andere dingen die ik belangrijk vind in het leven.

 

Vrijdag: bellen met een 91-jarige mantelzorger

Vandaag is mijn vrije dag. Ik heb een halve dag met mijn driejarige dochter voordat we om twaalf uur mijn zoon ophalen van school. Zij zit gekluisterd aan de CD van K3. Dat geeft mij ruimte om even te bellen met een dame van 91 die ik leerde kennen tijdens mijn stage psychiatrie. Zij woont in Amsterdam-West en bezocht tweemaal daags met het openbaar vervoer haar dementerende zus van 84 in Amsterdam-Zuid. Een 91-jarige mantelzorger.

Ik sprak haar voor het eerst na een doorverwijzing via de huisarts. Zus-zuid was zo ernstig aan het dementeren (’s nachts dwalen, agressief) dat zus-west in uiterste nood vroeg om een spoedopname in een verpleeghuis. Met een RM, later alsnog een IBS, hebben we zus-zuid kunnen opnemen in een verpleeghuis. Wat een gesprekken had ik met zus-west over de innerlijke strijd tussen de loyaliteit die ze naar haar zus voelde en de wens haar tot haar dood te verzorgen versus het gevoel de zorg uit handen te moeten geven en eigen grenzen aan te geven op 91-jarige (!) leeftijd. Voor de goede orde, zus-west sliep 3 nachten per week op een luchtbed bij verbaal agressieve zus-zuid en was haar enige mantelzorger. Enfin. Het voelt goed om deze dame zo af en toe te bellen en te vragen hoe het met haar gaat. Je kan een discussie hebben over professionele afstand en vraagtekens zetten bij betrokkenheid en blablablabla. Het kost mij weinig tijd en we zijn er allebei erg blij mee. Soms gebeurt dit gewoon en ik koester het.

Zoon inmiddels opgehaald eten we thuis een broodje. En dan in sneltreinvaart naar DE afspraak van de week, mijn man is inmiddels aangesloten. Liggend op de onderzoeksbank zien we op het scherm het kloppende hartje van een nieuw kindje in de maak. Dit gaat wel wat verder dan ‘leuk’. Wat een wonder!